Denkend aan de dood kan ik niet slapen
En niet slapend denk ik aan de dood
Waarom heeft de dood een zeis als wapen?
Is een sikkel niet voldoende groot?
Hoe ook weet hij welke ziel te kapen?
Zonder ogen ziet hij toch geen kloot?
Voelt uitsluitend botten zijn niet bloot?
Blijft die zeis nooit hangen in zijn cape?
Heel die maskerade lijkt mij straf
Ik tel heel wat praktische bezwaren
Is de dood dan werk'lijk zo'n malloot?
Oh waar blijft de dag dat hij zo snood
Bij mij langskomt met zijn slechte mare?
Zo slechts raak ik van mijn vragen af!
Reacties
Een reactie posten